Welke stijlfiguren en -fouten zijn er?

Redigeren kan je leren, zo zegt men. En kill your darlings, dat ook. Gemakkelijk is het niet, je schatten van woorden onder de loep nemen en overwegen of je ze niet gewoon weer de deur uit moet gooien. Wat is fout, wat is artistieke vrijheid? Stijlfiguren hoeven niet perse fouten te zijn. Toch is het altijd goed je bewust te zijn van hun bestaan, zodat je ook kritisch kan reageren op stijlfiguren (of misschien toch fouten?) in je tekst. Hieronder een klein overzicht van de meest voorkomende stijlfiguren en -fouten.

Tautologie

Een tautologie is waarschijnlijk de meest voorkomende stijlfiguur. Hier wordt hetzelfde twee keer gezegd, met een andere bewoording. Bijvoorbeeld: open en bloot, enkel en alleen, gratis en voor niets. De schrijver kan dit ook doen om de nadruk juist hierop te leggen, een tautologie is dus eerder een stijlfiguur dan een stijlfout.

Contaminatie

Een contaminatie is een verkeerde samentrekking van twee begrippen. Bijvoorbeeld: dat juweel kost duur. Een juweel is duur of kost veel, hier worden de woorden op een verkeerde manier dubbelop gebruikt. Ander voorbeeld: Die gitaar weegt zwaar. Een gitaar is zwaar of weegt veel.

Pleonasme

Witte sneeuw, groen gras of een ronde bal, zijn voorbeelden van pleonasmes. We wisten al dat sneeuw wit was, gras groen en de bal rond. Hier maak je dus overbodig gebruik van bijwoorden.

Tante Betje

In een tantebetjezin wordt op een onjuiste manier inversie toegepast (het omdraaien van persoonsvorm en onderwerp). Eén of meer zinnen worden aan elkaar gekoppeld door en, want of maar. Het onderwerp van de eerste zin wordt meegenomen naar de tweede, maar de persoonsvorm klopt niet meer. Bijvoorbeeld: ‘Ik heb gisteren een tasje en heb ik ook nog een hoedje gekocht’ of ‘In de zomer steekt Jan wel de barbecue aan maar houdt Jan niet van de rook’.  

Incongruentie

Een incongruentie komt voor als onderwerp en persoonsvorm niet beide in meervoud of enkelvoud staan. Een voorbeeld is: ‘De meisjes voetbalt’. Minder gemakkelijk te onderscheiden is bijvoorbeeld de incongruentie: ‘Het aantal mensen dat schulden heeft, verminderen gestaag.’ ‘Het aantal mensen’ is namelijk een groep en daarom enkelvoud. Congruenties komen ook vaak voor met betrekking tot media. Media is namelijk meervoud. ‘De media is verantwoordelijk voor de angst onder de mensen,’ is dus verkeerd. Juist is: ‘De media zijn verantwoordelijk voor de angst onder de mensen.’

Foutieve samentrekking

Een voorbeeld van een foutieve samentrekking is: ‘ze maakte eerst zichzelf en daarna de bedden op’. Omdat het opmaken hier verschillende betekenissen heeft, moet het woord ‘op’ opnieuw genoemd worden. Een ander voorbeeld van een foutieve samentrekking is: ‘Ik heb hem eerst gefeliciteerd en daarna een cadeau gegeven’. In de eerste zin is hem het lijdend voorwerp, en in de tweede een meewerkend voorwerp, omdat hem hier niet dezelfde functie heeft, mag het niet worden samengetrokken. Juist zou dus zijn: ‘Ik heb hem eerst gefeliciteerd en hem daarna een cadeau gegeven’. 

Zeugma

In een zeugma worden twee werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden verbonden met twee andere woorden, terwijl het eigenlijk maar bij één van de woorden hoort of het anders op het ene woord betrokken is dan op het ander. Bijvoorbeeld: ‘Voer eendjes, geen oorlog’.