Ten eerste is er ‘verkennend onderzoek’. Dit is de allereerste fase en de fase waar je als journalist eigenlijk altijd in zit. Je bent namelijk continu op zoek naar verhalen en houdt je ogen en oren altijd open. Daarnaast is er het diepgravende onderzoek. Dit volgt wanneer je onderwerp al vaststaat. Hoe kom je meer te weten over de personen die van belang zijn voor je verhaal, waar vind je cijfers en hoe kom je achter belangrijke trends?
Verkennend onderzoek
De manier waarop je verkennend onderzoek doet, is erg afhankelijk van het medium waarvoor je wilt schrijven. Bij een landelijke krant vertrek je vanuit een thema, voor een regionale krant vanuit een regio.
Vanuit een thema
Schrijf je voor een landelijke krant of magazine, dan heb je waarschijnlijk een thema waarin je gespecialiseerd bent. Dat kan politiek, economie, cultuur etc. zijn. Als je je specialiseert in één bepaald thema (dat is slim om te doen als journalist), zorg je dat je op de hoogte bent van alles wat er gebeurt binnen dit thema. Je kent mensen die werken binnen het vakgebied en gaat naar netwerkevenementen, of spreekt persoonlijk met hen af voor koffie. Je zorgt dat je alle mogelijk vakbladen en websites in de gaten houdt, belangrijke mensen binnen het vakgebied volgt op sociale media en ingeschreven bent voor alle mogelijke nieuwsbrieven en perslijsten.
Ook is het goed om Amerikaanse media in de gaten te houden, zoals The Guardian, New York Times etc. Aan Google heb je veel wanneer je op zoek bent naar trends binnen bepaalde gebieden, of naar specifiek nieuws. We kennen allemaal Google Nieuws, waar je al het nieuws over een bepaald thema of een regio kan vinden. Daarnaast heeft ook Google Trends een interessante functie. Je kan hier zien waar bepaalde mensen welke zoektermen gebruiken en hoe gebeurtenissen in de wereld het zoekgedrag van mensen heeft veranderd, of welke zoektermen juist nu vaak gebruikt worden.
Vanuit een regio
Wanneer je schrijft over een bepaalde regio, verloopt het onderzoek net wat anders. Het haakje is hier niet landelijk, maar lokaal. Je leest en volgt elk regionaal weekblad, krant of website. Natuurlijk is het, wanneer je voor een regionale krant schrijft, altijd goed om in die regio rond te lopen, naar de kroeg te gaan en met veel verschillende mensen te praten. Het allerbelangrijkste is dat je altijd je ogen en je oren openhoudt.
Diepgravend onderzoek
Wanneer je weet waarover je gaat schrijven, is het tijd om dieper te gaan graven.
Personenonderzoek
Personenonderzoek gaat twee kanten op. Het kan zijn dat je bepaalde informatie moet vinden over een specifieke persoon, maar het kan ook zijn dat je specifieke personen moet vinden die iets kunnen zeggen over het onderwerp waarover je schrijft. Schrijf je bijvoorbeeld over daklozenproblematiek, dan ga je langs bij het Leger des Heils, bel je een straatpastoor en het straatconsulaat of ga je langs op de plek waar wekelijks soep wordt uitgedeeld aan daklozen. Maar je kan ook online onderzoek doen. Bijvoorbeeld door op Twitter te zoeken naar personen die een hashtag hebben gebruikt die te maken heeft met daklozenproblematiek.
Heb je wel een naam, maar verder geen informatie over de persoon die je wilt spreken? Dan zijn er in de moderne wereld, waar privacy zo goed als niet bestaat, voldoende manieren om achter die informatie te komen. Natuurlijk is er eerst en vooral sociale media. Je kan menen meestal vrijelijk benaderen via LinkedIn, Instagram, Facebook en Twitter. De meeste ondernemers hebben een website waarop hun contactgegevens te vinden zijn. Is dit niet het geval? Dan kan je hun contactgegevens opvragen bij de Kamer van Koophandel. Onderzoekers kan je vaak benaderen via hun werkgever, de universiteit of school waaraan ze verbonden zijn.
Cijfers en trends
Het is ook belangrijk om cijfers te vinden, die het ontstaan van een trend aantonen. Deze vind je in academische artikelen met verslagen van onderzoeken met betrekking tot het onderwerp waar jij over schrijft. Deze vind je bijvoorbeeld in de databank van universiteiten. Een handige databank om dit soort artikelen te vinden, is LexisNexis. Hier worden alle artikelen bewaard die ooit gepubliceerd zijn in Nederland. Daarnaast is er voor harde cijfers altijd het CBR, waar je statistieken met betrekking tot zowat elk denkbaar onderwerp kan vinden.
Instanties
Het is belangrijk om autoriteiten aan het woord te laten. Vaak zijn autoriteiten op het gebied waarover je schrijft geen personen, maar instanties. Bij het voorbeeld over dakloosheid onder jongeren, zou het handig zijn om het straatconsulaat of het Leger Des Heils te spreken. Het voordeel hieraan is dat hun contactgegevens vaak gemakkelijk te vinden zijn en ze het bijna verplicht zijn je te woord te staan, ook al doen ze dat meestal niet van harte. Vaak is er een communicatieverantwoordelijke aangesteld die journalisten te woord moet staan.
Factchecken
Ga er nooit vanuit dat iets zomaar klopt, wanneer slechts één persoon of bron het bevestigt. Het is altijd goed om meerdere bronnen achter de hand te hebben, ook al publiceer je niet al deze informatie in je artikel. Zoek een persoon met dezelfde functie of dezelfde autoriteit binnen het vakgebied, en vraag hem of haar om bevestiging. Ook wanneer cijfers in een onderzoek gepubliceerd worden, is het goed om na te gaan in hoeverre die cijfers kloppen. Wat zijn de bronnen die de onderzoekers gebruikt hebben? Je kan zo natuurlijk door blijven gaan. Daarom wordt op redacties lachend gepraat over het doodchecken van een onderwerp. Voor meer informatie over factchecken kan je het dossier over factchecken op de website nieuwejournalistiek.nl raadplegen.
Start je eigen journalistieke onderzoek tijdens de cursus journalistiek schrijven.